Katoen wordt beschouwd als een vervuilend gewas vanwege verschillende redenen. Katoen vereist grote hoeveelheden water tijdens het groeiproces. Conventionele katoenteelt maakt vaak gebruik van irrigatie, waarbij veel water uit rivieren, meren en grondwater worden gehaald. Dit heeft een negatieve impact op de beschikbaarheid van waterbronnen, vooral in droge regio's.
Katoen is daarnaast gevoelig voor plagen, zoals insecten en schimmels. Hierdoor worden veel pesticiden en insecticiden gebruikt in de katoenteelt. Deze chemicaliën hebben negatieve gevolgen voor de biodiversiteit, de gezondheid van boeren en werknemers in de katoenindustrie. Het continu verbouwen van katoen put de bodem uit en leidt tot bodemerosie en degradatie. Het gebruik van zware machines en intensieve landbouwpraktijken zoals monocultuur en het ploegen van de grond dragen bij aan de verslechtering van de bodemvruchtbaarheid en verminderen de natuurlijke weerstand tegen plagen en ziekten.
Het is belangrijk op te merken dat niet alle katoen op dezelfde manier wordt geproduceerd. Er zijn duurzamere alternatieven beschikbaar, zoals biologisch katoen en gerecycled katoen.
Lees meer
Toon minder